Frituurvet of diesel? Frituurvet natuurlijk!
Want frituurvet kan de luchtkwaliteit verbeteren. Dat klinkt raar, maar toch is het zo. In Engeland is het al de normaalste zaak van de wereld. Mensen maken hun eigen (bio)diesel door gebruikt frituurvet van de lokale horeca op te kopen. Ook in Nederland was het rijden op frituurvet even een hype. Het was ineens in het nieuws en het was voor iedereen onderwerp van gesprek. Dat is voorbij, maar ondertussen is er wel behoorlijk vooruitgang geboekt.
In Engeland gebruikt men de zogenaamde GreenGenie om keukenafval in diesel te veranderen. Horecagroothandelaren sluiten deals met producenten van biodiesel. In ruil voor biodiesel, geeft de horecabranche een veelvoud aan gebruikt frituurvet. Een zeer lucratief voorstel voor de brandstofproducent, dus. Bovendien mogen ook particulieren tot 2.500 liter accijnsvrij biodiesel produceren in Engeland.
Frituurvet als brandstof: hoe werkt het?
Met de GreenGenie wordt biodiesel produceren vrij gemakkelijk. Plantaardige olie kan ongeveer 80% van de biodiesel vormen. De overige 20% bestaat uit methanol. Dit zorgt dat de lange moleculen van de olie worden afgebroken, zodat de motor ook hier wat mee kan. Er blijft na de productie 20% glycerine over. In combinatie met kaliumhydroxide kan dit gebruikt worden als onkruidverdelger in uw eigen tuin.
Voordelen van groene diesel
Deze groene diesel heeft minder dan de helft van de uitstoot van broeikasgassen in vergelijking met fossiele diesel. Dat maakt groene diesel duidelijk een groenere optie. Ook niet onbelangrijk is dat er bij dit alles geen frituurlucht vrijkomt. Geen enkele automobilist wil immers na het autorijden ruiken als de lokale snackbar. Ironisch dat frituurvet dus kan zorgen voor een betere luchtkwaliteit.
Tegenstanders van frituurvet als diesel
Toch zijn er nog altijd tegenstanders van deze schone brandstof. Als glycerine niet verwerkt wordt met kaliumhydroxide, maar in plaats daarvan met natriumhydroxide, ontstaat er een groot probleem. Het restproduct kan dan zelfs als chemisch afval worden beschouwd.
Ook is het maar de vraag of het wenselijk is grote hoeveelheden methanol in of rond het huis te bewaren. Zo heb je al gauw 10 liter methanol nodig voor een volle tank biodiesel. Dergelijke hoeveelheden zijn voor particulieren niet beschikbaar. Logisch, want het is erg gevaarlijk om zo veel brandbare vloeistof bij huis te hebben.
Tot slot zijn er nog twijfels over de gevolgen op lange termijn voor de motor en filters van de auto. Het is nog een relatief nieuw fenomeen, er moet dus nog onderzoek gedaan worden. Maar het feit dat minstens 5% van alle diesel al bijgemengd moet zijn met biobrandstof, geeft wel aan dat het absoluut mogelijk is. De uitdaging is nu om die 5% te veranderen in 100%.
Innovaties binnen de brandstofindustrie
Er zijn nog veel meer ontwikkelingen gaande wat betreft brandstoffen. Niet alleen de rooskleurige toekomst van elektrisch rijden, maar ook de e-bike wordt steeds vaker gebruikt voor langere afstanden. Kortom, er gebeurt veel binnen de mobiliteitsindustrie.